zondag 23 augustus 2015

Van het wezen en het voortbestaan.


Van het wezen en het voortbestaan.

Ik lees dat Lowlands, voluit ‘A (Camping)Flight to Lowlands Paradise’, zichzelf opnieuw moet uitvinden. Want het trekt niet meer voldoende (= zoveel als of meer dan in de voorgaande jaren) bezoekers. Nou heeft Lowlands zich wel vaker opnieuw uitgevonden, in 1993 bij voorbeeld, want het nieuwe festival stond redelijk los van het gelijknamige festival uit de jaren zestig. En in 2000 nog een keer, toen het domein stevig werd uitgebreid met andere cultuurvormen en educatie. En daarmee is het allang voorbij het omslagpunt van het wezen naar het voortbestaan.

De meeste organisaties worden om de inhoud in leven geroepen. Er is een idee, een gedachte dat er iets mist, en deze lacune probeert men op te vullen. Ook bij commerciële organisaties draait het vaak in eerste instantie om de dienst of het product. De functie is belangrijker dan de organisatie. Een product als Facebook is gemaakt om te worden gebruikt en de organisatie er omheen is (was) er voor om het gebruik mogelijk te maken.

Lowlands is in 1993 (opnieuw) tot leven gewekt om ruimte te bieden aan (kunstzinnige) underground muziek en opkomende bands. In de jaren na 2002 vond Lowlands zichzelf opnieuw uit. Sinds 2002 is de focus verlegd naar jongerencultuur, waaronder ook duurzaamheid, literatuur, politiek en wetenschap vallen. Het muziekfestival voor undergroundmuziek bestaat dus eigenlijk allang niet meer. Lowlands wel. Het wezen werd losgelaten om het voortbestaan zeker te stellen.

Het komt vaker voor. Sterker nog, het lijkt soms onvermijdelijk.

Er ontstaan wel eens tegenbewegingen. In de loop der eeuwen is de (katholieke) kerk belangrijker geworden dan het (christelijk) geloof. Een paar honderd jaar geleden waren er gelovigen die vonden dat de kerk teveel om zijn eigen bestaan en te weinig om het (ware) geloof gaf. Ze kwamen in protest en spitsten zich af, als frisse nieuwe geloofsgemeenschap. Ze vormden de protestantse kerk. Die vervolgens ook weer institutionaliseerde, uiteraard.

Als je in het dorp nergens boeken kunt kopen, terwijl er veel vraag naar is, kun je een boekwinkel beginnen. Om in een behoefte te voorzien. Als er veel boeken bij je gekocht worden heb je ‘bestaansrecht’. Als na verloop van tijd de vraag afneemt en er niet meer voldoende boeken worden gekocht om van de winkel te leven kun je kiezen. Of je denkt, goed, er is geen behoefte meer aan een boekwinkel, ik doe hem dicht. Dan kies je voor het wezen. Je kunt ook je productarsenaal uitbreiden (“Bier verkoopt ook altijd goed”). De winkel blijft dan voortbestaan. Uiteindelijk kunnen de boeken dan helemaal uit het assortiment verdwijnen. De winkel bestaat nog steeds. Maar de boekwinkel niet meer.

Lowlands bestaat nog. Maar het is niet meer wat het geweest is.

Je ziet het fenomeen in de politiek ook. Partijen vergeten waar ze voor staan in hun onstilbare honger naar (voort)bestaan. In plaats van zichzelf na een verkiezingsnederlaag te hervinden, vinden ze zich opnieuw uit. Ze vragen zich af wat de kiezer wil. (Terwijl de kiezer wil weten wat de partij wil. Waar de partij voor staat.) Ze laten hun wezen voor wat het is, omwille van het voortbestaan, zich niet realiserend dat de partij in wezen ophoudt te bestaan.

‘A Campingflight to Lowlands Paradise’ is een merk. In wezen bestaat het festival sinds 1968 niet meer. Of sinds 2002. Of sinds morgen.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten